Lees ook:
Een vrij vrouw
blog
20 april 2022
Het moment suprême. Op Goede Vrijdag ontving ik een dikke, aangetekende brief van het aartsbisdom Utrecht. Ruim anderhalf jaar had ik op dit bericht gewacht. Mijn vingers trilden, van de zenuwen kreeg ik de envelop nauwelijks open. Ik had het geduld niet het enorme pakket helemaal door te nemen. Ik wilde het oordeel weten. Ik scande de tekst en al op de eerste pagina bleven mijn ogen haken bij een onderstreept, vetgedrukt woord: ongeldig.
‘De Kerkelijke Rechtbank van het Aartsbisdom Utrecht is tot het oordeel gekomen dat uw bovengenoemde kerkelijk huwelijk ongeldig gesloten is.’
‘Wat God verbonden heeft, zal de mens niet scheiden.’
Deze bijbeltekst wordt uitgesproken in de katholieke kerk bij een huwelijkssluiting. Dus scheiden is niet mogelijk in de katholieke kerk. Het is echter wel mogelijk dat de mensen een schijnhuwelijk hebben gesloten. Twee mensen hebben elkaar in de kerk het ja-woord gegeven, terwijl het huwelijk niet door God verbonden is. Dan kan een huwelijk met terugwerkende kracht ongeldig verklaard worden. De katholieke kerk heeft het huwelijk hoog in het vaandel staan en neemt zo’n beslissing dus niet zomaar. Er gaat een groot onderzoek aan vooraf. Ik wilde heel graag weer vrij zijn en besloot het proces aan te gaan. Eerst moest ik een uitgebreide vragenlijst invullen over mijn jeugd en die van mijn ex-man, over onze verkeringstijd, verlovingstijd en over het huwelijk. De nadruk lag op de periode voor het huwelijk, want in die tijd moesten er al tekenen zijn geweest dat het huwelijk nooit gesloten had mogen worden. Er volgden gesprekken met mij en met getuigen. De ‘defensor vinculi’, de verdediger van de huwelijksband, legde uit waarom het huwelijk volgens hem niet ongeldig verklaard moest worden. Vervolgens mocht ik het hele dossier inzien en commentaar leveren erop. De Kerkelijke Rechtbank boog zich over de stukken en kwam tot de conclusie dat het huwelijk ongeldig gesloten was. Het had nooit gesloten mogen worden.
‘Proficiat’ lijkt niet helemaal het juiste woord te zijn, schreef de pastoor. Net als hij weet ik niet wat je in dit soort gevallen zegt. Hoe dan ook ben ik blij met alle gelukswensen die ik ontving. Mijn kerkelijk huwelijk is ongeldig verklaard en het wordt dus behandeld alsof het nooit bestaan heeft. Ik heb momenteel geen plannen, maar als ik in de toekomst een leuke man ontmoet, ben ik vrij om met hem te trouwen in de katholieke kerk. Ik ben een vrij vrouw.